Naast de preekstoel

Bij het lezen van in een tijdschrift of in een boek komen er regelmatig tekstjes en versjes voorbij die mij iets doen. Ze raken aan een snaar uit mijn eigen leven of geloof. Op andere momenten raken ze aan verhalen die anderen mij hebben verteld. Als er dan zo”n raakvlak is komt de tekst werkelijk tot leven. Meestal maak ik dan een kopie, of knip ik het stukje uit. Het ene stukje krijgt dan een mooi plekje op de koelkast. Een andere op een prikbord en weer andere steek ik in mijn agenda of ruim ik op in een map. Waarschijnlijk heel herkenbaar voor velen van u.

Het mooie is dat op de meest onverwachte momenten een tekst opnieuw boven komt. Soms jaren later kan ineens in een lade of in een map een tekst weer helemaal terug zijn. Zo vond ik pas geleden in een boekje een tekst van Alfred C Bronswijk terug: Bij God te gast zijn. Op een bijzondere manier verwoord de schrijver een geloofservaring die ik herken, die raakt aan mijn eigen ervaring van geloven, met God op weg zijn. Dat je mag zijn wie je bent, dat er altijd plaats is. Voor mij spreekt dat uit wat parochie zijn ten diepste is: herberg. Een plek onder mensen waar een ieder zijn en haar verhaal kan doen. Waar er aandacht is voor wat je beleeft, je beroert, je pijn doet. Een plek waar je steun vindt in nood en verdriet, maar ook vreugde en levensgeluk kunt delen.

Met heel veel mensen samen beleven wij in onze parochie, in de verschillende geloofsgemeenschappen, momenten van samen zijn en delen wij de verhalen van ons leven. Een hechte groep zorgt voor de herberg, maar wij merken dat er steeds minder gasten binnen komen. De tekst die ik hieronder bij voeg stimuleert mij om te zoeken naar nieuwe deuren en ramen in de herberg. En een nieuw terras voor de pelgrims die langs trekken. Dan hoop ik dat wij ruim kunnen uitdelen van de gaven die wij in de herbergen hebben liggen: de traditie de verhalen, het ontmoeten, zorg om elkaar.

Wij zijn allemaal pelgrims door het leven. Op weg naar de bestemming die de Schepper ons wijst. Dat wij samen inspiratie putten uit teksten en verhalen en een mooie en gastvrije herberg blijven maken met elkaar.

Alle goeds gewenst, pastor Auke Poppen

Bij God te gast zijn
komen en gaan
wanneer ik maar wil
zonder kloppen
binnen mogen komen.

Bij God te gast zijn
kind aan huis
je lekker voelen
en zijn wie je bent
zonder masker.

Bij God te gast zijn
alles kunnen zeggen
alles mogen verzwijgen
niets moeten, niets laten.

Bij God te gast zijn
als onder één dak
als aan één tafel
blij en ontspannen
door en door vertrouwd.

Bij God te gast zijn
helemaal aanvaard
helemaal mens
helemaal ik
helemaal thuis zijn