Deze veranderingen hebben invloed op alle mensen, uiteraard ook op gelovigen. We zien dit in feite terug in de grote variëteit van gelovigen en anderen, met wie de parochies te maken hebben:
Velen hebben iets behouden van het "vanzelfsprekend geloven", ze zijn van huis uit katholiek en stellen zich daar geen vragen bij.
- Anderen zijn gegroeid tot een persoonlijk bewust geloofsleven; de mate waarin zij zich identificeren met het geloof van de Kerk is verschillend.
- Velen zijn actief als vrijwilliger op pastoraal uitvoerend niveau, op bestuurlijk niveau, of op praktisch gebied, zoals zingen in het koor of kerkschoonmaak.
- Er is een groep regelmatige kerkgangers, maar met verschillende wensen t.a.v. liturgie: plechtige liturgie volgens het Missaal, al of niet meerstemmig of in het Latijn. Anderen vragen om jongerenmissen of gezinsmissen. Door een aanzienlijke groep worden Woord- en Communievieringen op prijs gesteld, terwijl die door anderen juist gemeden worden.
- Veel kerkgangers achten zich niet aan eigen parochie gebonden, maar kiezen voor de kerk, de liturgie of de voorganger, bij welke ze zich het meest thuisvoelen.
- Velen betalen kerkbijdrage en/of lezen het parochieblad. In de vieringen komen ze alleen op een grote feestdag of bij belangrijke gebeurtenissen in het persoonlijk leven.
- Velen hebben de kerk verlaten en hebben er allerlei afkeergevoelens aan overgehouden.
- Velen hebben behoefte, om af en toe een kerk binnen te lopen voor stilte en gebed.
- Veel ouders hebben behoefte aan bezinning en geloofscommunicatie bij doopsel, eerste Communie en Vormsel van hun kinderen. Ze hebben behoefte aan steun bij de geloofsopvoeding van hun kinderen.
- Jongeren missen mogelijkheden tot communicatie over zin- en geloofsvragen.
- Er is een toenemende vraag om kennis te maken met de kerk en het katholiek geloof.
- In het bedrijfsleven komen vragen op over ethisch en maatschappelijk verantwoord ondernemen.
- In de maatschappij wordt geroepen om normen en waarden, of omgekeerd om waarden en normen.
- Op het platteland leeft de vraag, hoe je als christen om kunt gaan met de grote veranderingen.
- Vooral in de stad is er veel vereenzaming. Juist in crisis-situaties bijv. bij verlies hebben mensen behoefte aan contact en onderlinge uitwisseling van ervaringen.
- Er zijn vele "nieuwe armen": uitkeringsgerechtigden, kansarme jongeren, verslaafden, daklozen, vluchtelingen en asielzoekers enz.
Als we dit geheel overzien, mogen we met Jezus zeggen: "kijk eens goed naar de velden, ze staan wit, rijp voor de oogst"(Joh. 4, 35). Er zijn vele kansen om met woord en metterdaad te getuigen van het Evangelie. Er zijn mogelijkheden van groei naar vitale geloofsgemeenschappen volgens het model van de eerste christengemeenschap. "Het is al aan het kiemen, weet u dat niet?"(Jesaja 43,19).
Om deze groei mogelijk te maken zijn drie voorwaarden van levensbelang:
- We moeten missionair zijn
- Als kerkgemeenschap dragen we samen verantwoordelijkheid voor de Kerk en haar zending.
- Samenwerken en profileren in het parochiepastoraat.